De gemeentelijke belastingen en heffingen stijgen in 2025 met gemiddeld 4,8 procent, blijkt uit onderzoek van Vereniging Eigen Huis. Voor jou als huiseigenaar betekent dit een extra kostenpost van zo’n 45 euro ten opzichte van dit jaar. Gemiddeld ben je volgend jaar 995 euro kwijt aan gemeentelijke woonlasten. Toch zijn de verschillen tussen gemeenten groot, en in sommige gevallen lopen de kosten flink op. Waar komt deze stijging vandaan en waar betaal je precies voor?
Grote verschillen tussen gemeenten
Hoewel de gemiddelde stijging 4,8 procent bedraagt, zijn er gemeenten waar de woonlasten veel harder omhoog gaan. In Reusel-De Mierden, Barendrecht, Overbetuwe, Hillegom, Rijssen-Holten en Druten lopen de kosten met 10 tot zelfs 17 procent op. Dit betekent dat je in die plaatsen tussen de 70 en 180 euro extra betaalt.
De verschillen komen voornamelijk doordat gemeenten zelf mogen bepalen hoe hoog bepaalde belastingen zijn. Dit zorgt ervoor dat je in de ene gemeente veel meer betaalt dan in de andere.
Onroerendezaakbelasting (OZB) stijgt fors
Als huiseigenaar betaal je jaarlijks onroerendezaakbelasting (OZB). Deze belasting vormt het grootste onderdeel van de gemeentelijke woonlasten en wordt ingezet voor algemene uitgaven, zoals het onderhoud van wegen, straatverlichting, onderwijs en culturele voorzieningen.
Vereniging Eigen Huis meldt dat de OZB in 2025 gemiddeld met 5,1 procent stijgt. Hierdoor komt het gemiddelde bedrag uit op 391,39 euro. Opvallend is dat de OZB in de gemeente Renkum met maar liefst 39 procent omhoog schiet. Ook in Albrandswaard, Schiermonnikoog en Ridderkerk stijgt de belasting fors, met meer dan 15 procent.
Toch zijn er ook gemeenten waar de OZB juist daalt. Het gaat hierbij om twaalf gemeenten:
Boekel: daalt 1 procent
Borne: daalt 0,6 procent
Borsele: daalt 4,5 procent
Dongen: daalt 4,8 procent
Eemsdelta: daalt 1,7 procent
Gorinchem: daalt 3,8 procent
Laarbeek: daalt 2,6 procent
Leeuwarden: daalt 1 procent
Leusden: daalt 3,8 procent
Ommen: daalt 1 procent
Rucphen: daalt 1,8 procent
Someren: daalt 3,2 procent
Afvalstoffenheffing
Naast de OZB betaal je als huishouden jaarlijks afvalstoffenheffing. Deze heffing wordt gebruikt om huisvuil op te halen, af te voeren en te verwerken. Gemeenten mogen deze inkomsten niet voor andere uitgaven gebruiken.
Volgend jaar stijgt de afvalstoffenheffing met gemiddeld 5,1 procent, waardoor je 351,78 euro betaalt. De grootste stijging vind je in Rhenen. Daar stijgt de heffing met 30,7 procent en komt uit op 430 euro.
Rioolheffing
Ook de rioolheffing gaat volgend jaar omhoog. Deze belasting betaal je voor het afvoeren van afvalwater naar het riool. De hoogte van het bedrag wordt bepaald door de kosten die de gemeente hiervoor maakt.
Gemiddeld stijgt de rioolheffing in 2025 met 4 procent naar 255,35 euro. In Overbetuwe is de stijging het sterkst: daar betaal je volgend jaar 148 euro, een toename van 38,7 procent.
Wat betekent dit voor jou?
De stijgende gemeentelijke belastingen en heffingen betekenen dat je als huiseigenaar volgend jaar meer kwijt bent. Vooral in gemeenten met sterke stijgingen zoals Renkum, Overbetuwe en Rhenen is de impact aanzienlijk. Het loont daarom om goed te kijken naar de lokale ontwikkelingen in jouw gemeente.
Hoe ervaar jij deze stijging van de gemeentelijke belastingen? Laat het ons weten in de reacties op Facebook.