Sophie, 37 jaar oud, vertelt open over haar ontdekking van abroseksualiteit en de reacties die ze daarop kreeg. Voor haar was het een moment van verlichting toen ze het label vond dat bij haar gevoelens paste. Toch was de weg ernaartoe allesbehalve eenvoudig: onbegrip en verlies van vriendschappen hebben haar geleerd dat jezelf zijn belangrijker is dan voldoen aan andermans verwachtingen.
Een label dat alles veranderde
Pas op haar 37e kwam Sophie in aanraking met de term abroseksualiteit, een seksuele identiteit waarbij gevoelens van aantrekkingskracht kunnen fluctueren. “Ik had nooit een woord voor wat ik voelde,” legt ze uit. Het moment dat ze de term ontdekte via een online post van een LGBTQ+-advocaat, voelde als een bevrijding. “Eindelijk wist ik dat ik niet alleen was.”
Tijdens haar jeugd in de jaren 2000 waren seksuele oriëntaties beperkt tot hetero, homo of lesbisch. Andere identiteiten werden vaak weggewuifd of niet serieus genomen. Dit zorgde ervoor dat Sophie jarenlang worstelde met verwarring en zelftwijfel. Ze dacht vaak dat er iets mis met haar was, omdat haar gevoelens veranderlijk waren.
Ongemakkelijke reacties en verbroken vriendschappen
Toen Sophie haar abroseksualiteit met haar vrienden deelde, kreeg ze reacties waar velen zich in kunnen herkennen. Sommige vrienden stelden vragen als: “Hoe kan je dit nu pas weten?” of “Is dit wel een echte oriëntatie?” Hoewel ze beweerden haar te steunen, voelde Sophie het onderliggende onbegrip. “De lege blikken en de twijfel spraken boekdelen,” zegt ze.
Helaas betekende dit dat enkele vriendschappen stukliepen. Hoewel dit pijnlijk was, realiseerde Sophie zich dat het beter was om omringd te zijn door mensen die haar volledig accepteren. “Het was moeilijk, maar het dwong me om trouw te blijven aan mezelf.”
Een voortdurende zoektocht naar begrip
Abroseksualiteit betekent dat je seksuele aantrekkingskracht niet constant is. De ene dag voelt Sophie zich meer aangetrokken tot vrouwen, de volgende dag juist tot mannen. “Soms is het moeilijk uit te leggen, zelfs aan mezelf,” zegt ze. Reacties zoals “Maar je zei toch dat je lesbisch was?” of “Waarom ben je niet gewoon biseksueel?” maakten haar onzeker en zorgden voor innerlijke worstelingen.
In het verleden beschuldigde Sophie zichzelf van verwarring of onzekerheid. Ze voelde zich een bedrieger, omdat haar gevoelens voortdurend veranderden. Pas toen ze het label ‘abroseksualiteit’ ontdekte, vond ze de rust en acceptatie waar ze jarenlang naar op zoek was.
De noodzaak van educatie en openheid
Hoewel er tegenwoordig meer aandacht is voor diverse seksuele identiteiten, blijft er veel onwetendheid bestaan. Mensen willen vaak een vaststaand label dat in hun wereldbeeld past. “Mijn identiteit maakt sommige mensen ongemakkelijk, omdat ze het niet kunnen plaatsen,” vertelt Sophie. Ze legt uit dat haar aantrekkingskracht geen invloed heeft op haar relaties. Voor haar draait het om wie iemand is, niet om diens geslacht.
Toch blijft het uitleggen en rechtvaardigen van haar identiteit een voortdurende uitdaging. Sophie benadrukt hoe belangrijk het is om open te staan voor termen en identiteiten die je misschien niet kent. “Educatie is de sleutel. Hoe meer mensen leren over seksuele diversiteit, hoe meer begrip er zal zijn.”
Een oproep tot meer acceptatie
Sophie’s ervaring laat zien dat het ontdekken van je eigen identiteit een proces is dat gepaard gaat met uitdagingen. Ze hoopt dat door haar verhaal te delen, anderen zich minder alleen zullen voelen en meer begrip zullen tonen. “Iedereen verdient het om zichzelf te zijn, zonder zich te hoeven verantwoorden,” zegt ze resoluut.
Het is een leerproces voor iedereen: zowel voor degenen die hun identiteit ontdekken als voor de mensen om hen heen. “Wat je identiteit ook is, je bent genoeg zoals je bent.”